17 oktober, woensdag
Dit is me toch wel een zware dag geweest. Mijn baasje heeft me vanmorgen meegenomen naar de dierenarts. Ik ben nu een “je-weet-wel-kater”. Dat is op zich niet heel erg hoor, Hercules is er ook één en die is nog steeds best stoer en sterk èn ook heel aardig. Mijn hormonen begonnen al wel een beetje op te spelen want ik probeerde echt om Hercules te overwinnen. Ik begon er steeds meer lol in te krijgen want ik moest en zou de sterkste worden. Maar goed, daar gaat het nu niet om. Vanmorgen heeft het baasje me weggebracht. Ik moest mee in het mandje. Ik snap niet dat ik niet los op de stoel mag maar goed, ze zullen dit wel makkelijker vinden, denk ik.
Om half 9 werd ik opgewacht door Becky, die heb ik daar al eens eerder gezien, een heel aardig mens. Ze heeft een rustige, zware stem. Heerlijk. Nou, ik mocht later op de tafel en ik kreeg een prikje. Dat was echt niet leuk maar ik heb geen kik gegeven. Ik ben uiteraard heel stoer. Daarna ben ik een stukje kwijt. Ik weet het gewoon niet meer.
Ik werd ineens wakker…raar hoor als je niet eens weet dat je in slaap bent gevallen. Ik voelde me suf en dacht “jee-ohjee, ik val haast van mijn kattengraatje !! “ . “Poeh”, en van achter zit het ook niet helemaal lekker en ik heb zulke loodzware pootjes, het lijkt wel of ik ze bijna niet op kan tillen. Naast me zat een dame te huilen. Heel vervelend maar ik kon mijn hoofd niet even optillen om te kijken waarom ze nou huilde. Mijn kattenbrein wilde ook niet zo meewerken, ik kreeg het niet op een rijtje. Ik soesde nog even weg en toen ik weer wakker werd zag ik ineens Becky weer, nu met ons mandje. Ik hoorde haar praten tegen….hé dat was fijn, het vrouwtje was er al om me op te halen. Jippie, weer mee naar huis. Ik voelde me echt gelukkig. Ik liet me natuurlijk gewillig door Becky in ons mandje stoppen en kroop helemaal tegen het gaas aan zodat ik goed kon kijken. Ik hoorde Becky tegen het vrouwtje praten en ook hoorde ik ze zeggen dat ik erg lief was geweest ( nogal logisch!) en dat ik vanavond niets mocht eten omdat ik dan misschien wel misselijk werd. Nou dat zullen we dan wel zien.
Wel jammer dat het vrouwtje niet zo goed kan rijden. Ik schudde en hobbelde en schoof van voor naar achter in het mandje. Da’s was wel heel vervelend want ik wilde zo graag slapen, mijn ogen dicht doen. Mijn vrouwtje moest onder het rijden het mandje vasthouden dus ging ik tegen haar hand aan hangen. Ze kriebelde me zachtjes en zei dat we zo thuis waren.
Ze moest ook haar best doen om het mandje recht te houden. Ze had het reismandje weer niet zo slim in de auto gezet. Ik heb het baasje wel eens tegen haar horen zeggen dat ze de gordel om het mandje moest doen. Nou, dat doet ze echt nooit, ik denk dat ze gewoon niet weet hoe het moet.
Toen ineens moest ik ook nog eens heel nodig plassen en ik dacht al “dat ga ik echt niet ophouden”. Na weer een hobbel had je het al, ik kon het niet meer tegenhouden en plaste gewoon in het mandje. Ik hoorde het baasje al snuffen. Die had het al geroken. “Ja hoor vrouwtje, klopt, ik heb geplast!”
Gelukkig zei ze dat ze er niets om gaf, ik kon er immers ook niks aan doen. Nou dat heeft ze dan goed gezien.
Toen we eindelijk thuis waren mocht ik er meteen uit. Dat ging niet zo soepel hoor, ik waggelde meer het mandje uit. Een beetje hangend tegen de zijkant. Dan zou het niet zo opvallen dat ik zo suffig liep. Ha, daar had je Hercules. Ja snuffel maar eens goed, ik ben er weer. “Hoezo, ik ruik anders??” Oh nee, Roos is weer boos, ik hoor haar brommen tegen Hercules. Wat is er nou weer aan de hand? Vrouwen!!! Ja, ik heb in mijn mandje geplast maar that’s it, meer niet. Ik ga eerst maar wat eten. Ik wil nu brokjes. Het was natuurlijk weer niet veel wat ik kreeg maar wèl mijn favoriete smaak van brokjes, zalm. Kijk, het vrouwtje van mij die weet wat ik lekker vind. Daarna ben ik echt weer gaan slapen . Mijn favoriete slaapkussen lag in de kamer tegen de verwarming. Ik was zo vertrokken hoor, ik hield mijn oogjes echt niet meer open. Dat oppoetsen van mijn achterkantje komt later wel. Want ik ben nu een je-weet-wel-kater net als Hercules, mijn vriendje Arie en Broertje. Ik krijg er gewoon rode katerwangetjes van!!!!
Om half 9 werd ik opgewacht door Becky, die heb ik daar al eens eerder gezien, een heel aardig mens. Ze heeft een rustige, zware stem. Heerlijk. Nou, ik mocht later op de tafel en ik kreeg een prikje. Dat was echt niet leuk maar ik heb geen kik gegeven. Ik ben uiteraard heel stoer. Daarna ben ik een stukje kwijt. Ik weet het gewoon niet meer.
Ik werd ineens wakker…raar hoor als je niet eens weet dat je in slaap bent gevallen. Ik voelde me suf en dacht “jee-ohjee, ik val haast van mijn kattengraatje !! “ . “Poeh”, en van achter zit het ook niet helemaal lekker en ik heb zulke loodzware pootjes, het lijkt wel of ik ze bijna niet op kan tillen. Naast me zat een dame te huilen. Heel vervelend maar ik kon mijn hoofd niet even optillen om te kijken waarom ze nou huilde. Mijn kattenbrein wilde ook niet zo meewerken, ik kreeg het niet op een rijtje. Ik soesde nog even weg en toen ik weer wakker werd zag ik ineens Becky weer, nu met ons mandje. Ik hoorde haar praten tegen….hé dat was fijn, het vrouwtje was er al om me op te halen. Jippie, weer mee naar huis. Ik voelde me echt gelukkig. Ik liet me natuurlijk gewillig door Becky in ons mandje stoppen en kroop helemaal tegen het gaas aan zodat ik goed kon kijken. Ik hoorde Becky tegen het vrouwtje praten en ook hoorde ik ze zeggen dat ik erg lief was geweest ( nogal logisch!) en dat ik vanavond niets mocht eten omdat ik dan misschien wel misselijk werd. Nou dat zullen we dan wel zien.
Wel jammer dat het vrouwtje niet zo goed kan rijden. Ik schudde en hobbelde en schoof van voor naar achter in het mandje. Da’s was wel heel vervelend want ik wilde zo graag slapen, mijn ogen dicht doen. Mijn vrouwtje moest onder het rijden het mandje vasthouden dus ging ik tegen haar hand aan hangen. Ze kriebelde me zachtjes en zei dat we zo thuis waren.
Ze moest ook haar best doen om het mandje recht te houden. Ze had het reismandje weer niet zo slim in de auto gezet. Ik heb het baasje wel eens tegen haar horen zeggen dat ze de gordel om het mandje moest doen. Nou, dat doet ze echt nooit, ik denk dat ze gewoon niet weet hoe het moet.
Toen ineens moest ik ook nog eens heel nodig plassen en ik dacht al “dat ga ik echt niet ophouden”. Na weer een hobbel had je het al, ik kon het niet meer tegenhouden en plaste gewoon in het mandje. Ik hoorde het baasje al snuffen. Die had het al geroken. “Ja hoor vrouwtje, klopt, ik heb geplast!”
Gelukkig zei ze dat ze er niets om gaf, ik kon er immers ook niks aan doen. Nou dat heeft ze dan goed gezien.
Toen we eindelijk thuis waren mocht ik er meteen uit. Dat ging niet zo soepel hoor, ik waggelde meer het mandje uit. Een beetje hangend tegen de zijkant. Dan zou het niet zo opvallen dat ik zo suffig liep. Ha, daar had je Hercules. Ja snuffel maar eens goed, ik ben er weer. “Hoezo, ik ruik anders??” Oh nee, Roos is weer boos, ik hoor haar brommen tegen Hercules. Wat is er nou weer aan de hand? Vrouwen!!! Ja, ik heb in mijn mandje geplast maar that’s it, meer niet. Ik ga eerst maar wat eten. Ik wil nu brokjes. Het was natuurlijk weer niet veel wat ik kreeg maar wèl mijn favoriete smaak van brokjes, zalm. Kijk, het vrouwtje van mij die weet wat ik lekker vind. Daarna ben ik echt weer gaan slapen . Mijn favoriete slaapkussen lag in de kamer tegen de verwarming. Ik was zo vertrokken hoor, ik hield mijn oogjes echt niet meer open. Dat oppoetsen van mijn achterkantje komt later wel. Want ik ben nu een je-weet-wel-kater net als Hercules, mijn vriendje Arie en Broertje. Ik krijg er gewoon rode katerwangetjes van!!!!
Chivas